Vrouw. Superjong. Dochter van. Geen technische kennis: ja, er waren wel wat vooroordelen…”
In het kader van Internationale Vrouwendag presenteren we op Made in Limburg -in samenwerking met Voka Limburg- 6 portretten van straffe dames met een eigen onderneming. Aflevering 2: Tineke Kempeneers van Metalix en Galvacoat Steelcoat.
Stond het in de sterren geschreven dat je ooit het familiebedrijf zou overnemen?
“Mijn vader wou dat wel heel graag, en ikzelf droomde ervan om dit samen met mijn zus Sofie te gaan doen”, zo begint Tineke Kempeneers het verhaal. “Maar er zat geen druk op de ketel. Ik heb vrij lang gestudeerd, en zelfs tijdens de studies nog even getwijfeld, maar in het laatste jaar toch beslist dat ik er volledig voor zou gaan. Ik had geen zin om voor een andere baas te gaan werken. Sofie werkte toen al 4 jaar in het bedrijf, dus was de tijd rijp om op dat moment de droom waar te maken.” En zo kregen de zussen Kempeneers enkele jaren geleden het roer in handen van Metalix en Galvacoat Steelcoat, 2 bedrijven die actief zijn in de oppervlaktebehandeling van metaal. Alle activiteiten zijn momenteel gecentraliseerd in Lummen, waar een 100-tal mensen werken.
Pas afgestudeerd en meteen voor de leeuwen geworpen: dat moet niet simpel zijn geweest…
“Nee, maar ik hou van uitdagingen en ga zeker niet de moeilijke weg vermijden. In het begin moest ik opboksen tegen heel wat vooroordelen. Ik ging ‘de baan op’ naar klanten, maar ik had geen technische studies gedaan en kende dus niet veel van de materie. Ik was bovendien een piepjonge vrouw en de dochter van de eigenaar… Dat deed wel wat wenkbrauwen fronsen. Maar hoe moeilijk het ook was, ik heb heel snel respect gekregen. Ze merkten dat ik veel moeite deed om bij te leren. En ik heb ook altijd eerlijk gezegd dat ik iets niet begreep of voor een correct antwoord eerst moest terugkoppelen met collega’s. Daar had de overgrote meerderheid wel begrip voor. Ze gunden me de tijd om alles onder de knie te krijgen en zo heb ik dus veel kansen gehad om te kunnen groeien in mijn job. Dat doe ik trouwens nog steeds. Ik blijf leergierig en val nog regelmatig terug op de expertise van bijvoorbeeld de productieleider. Of mijn vader. Hij is nog altijd mijn mentor en coach. Het is een geruststelling dat hij altijd beschikbaar is voor goede raad.”
“Ik kies nooit voor een club omdat er alleen maar vrouwen aanwezig zijn.”
Tineke Kempeneers (CEO Metalix en Galvacoat Steelcoat)Is je vrouwelijkheid een extra troef om beter business te doen?
“Nee, want ik speel dat zeker niet uit. Ik wil op gelijke voet worden behandeld als mannen. Zo ben ik ook als werkgever. Ik hou niet van positieve discriminatie. Iedereen is gelijk voor de wet. Wat niet wegneemt dat vrouwen wel een aantal troeven hebben die onbewust meespelen. Empathie, bijvoorbeeld. Wij hebben een eerder persoonlijke aanpak van mensen. Dat uit zich in het uitdelen van schouderklopjes en kleine attenties. We geven sneller een positieve boodschap mee, en dat werkt motiverend. Anderzijds hebben mannen ook benijdenswaardige eigenschappen die zakelijk een verschil kunnen maken. Ze zijn bijvoorbeeld meer to the point, veel directer. Ze draaien niet rond de pot en reageren professioneel. Laat ons zeggen dat de combinatie tussen beide de perfectie zou zijn.”
Is dat evenwicht haalbaar in jouw bedrijf?
“Nee. Met amper 5 vrouwen, waaronder mijn zus en ik, op een totaal van 100 medewerkers is dat heel moeilijk. Dat heeft vooral te maken met onze activiteiten, uiteraard. Er solliciteren hier heel weinig vrouwen. Niet als arbeider, want dat is fysiek niet te onderschatten, en niet bij de bedienden, omdat daar meestal technische kennis voor nodig is. We stimuleren wel de vrouwen met ambities door hen extra taken en verantwoordelijkheden te laten opnemen, zoals onze preventieadviseur.”
“Ik wil op gelijke voet behandeld worden als mannen. Ik hou niet van positieve discriminatie.”
Vind je de work-life balance moeilijk te handhaven voor een vrouwelijke ondernemer?
“Ik kan daar persoonlijk niet over oordelen, want ik ben alleenstaand momenteel en heb een heel druk sociaal leven buiten het werk. Voor mij zijn beide dus goed te combineren. Maar ik besef wel het belang van een partner die daarmee om kan. Het moet iemand zijn die mijn rol in het bedrijf en de activiteiten daarrond kan aanvaarden. Het helpt allicht wel dat je iemand tegenkomt op een moment dat de situatie zo is, en hij dus weet waar hij aan begint.”
Over die activiteiten gesproken: maak je deel uit van een netwerk?
“Zeker. Ik ben actief bij Jong VOM, zeg maar de jongerenafdeling van bedrijven uit onze sector. Daar neem ik wel een ambassadeursrol op om meer vrouwen warm te maken voor een job in de wereld van oppervlaktebehandeling. Maar makkelijk is dat niet. Het zijn zo’n onderwerpen die ook aan bod komen tijdens de meetings met Voka Limburg. Zit ik daar toevallig aan tafel naast een vrouw, dan is dat fijn, zeker als ze ook werkt in een typische mannenwereld. Maar toch kies ik nooit een club omdat er alleen maar vrouwen aanwezig zijn. Mij is het vooral om de inhoud te doen, niet wie er in de zaal zit. En dan ben ik content dat Voka telkens zo’n ruim aanbod presenteert. Ook de soft skills worden er meegegeven, zoals leiderschap, zelfvertrouwen, communicatie, enzovoort. Alle ingrediënten die ik nodig heb om mijn mannetje te staan in deze typische mannenwereld. En maak u geen zorgen: het komt vast en zeker goed!”