De Nieuwjaarsconférences van Geert Hoste waren een begrip in Vlaanderen, een klassieker zeg maar. Het heeft Bruggeling Geert Hoste geen windeieren gelegd. Volgens de eigen berekeningen van de Rijkste Belgen zou het fortuin van Hoste oplopen tot 11,2 miljoen euro. Lange tijd bekleedde hij daarmee de eerste plaats. Maar nu de uit het Brusselse afkomstige Stromae weer op de planken staat, heeft die laatste de nummer één plaats ingenomen.

Met een vermogen van 12 miljoen euro steekt Stromae nipt Geert Hoste voorbij die strandt op 11,2 miljoen. Hoste bouwde, steeds volgens De Rijkste Belgen,  vanuit zijn stand up comedy een vaste tv-carrière uit met zijn nieuwjaarsconferenties als ankerpunt. Waar Hoste enkele decennia lang bouwde aan zijn vermogen met belangrijke investeringen in vastgoed, kon Stromae hem in enkele jaren voorbij steken. Dat kon vooral dank zij een blitzcarrière in onder meer Frankrijk en de Verenigde Staten.

Opvallend is wel dat Hoste grote namen achter zich houdt, zoals Adamo of Rocco Granata , achter zich weet te houden. Steeds volgens De Rijkste Belgen groeit het vermogen van Hoste niet langer aan omdat hij nu renteniert.

Jurgen De Wever is al 15 jaar aan de slag als freelance webbouwer. Hij vertelt hoe dit hele verhaal begon: “De crypto space en alles wat er rond hangt intrigeert me al een paar jaar enorm. Niet in het minst omwille van het feit dat er bij momenten een extreme – meestal onverklaarbare – hype kan ontstaan rond één of ander project. Zo ook rond NFT kunstwerken: sommige van die digitale plaatjes werden de voorbije maanden verkocht voor honderdduizenden tot zelfs miljoenen euro … Compleet van de pot gerukte waanzin. Anders kan je het niet omschrijven.”

Uit de hand gelopen experiment

De Manneke ZOT collectie was een ludiek probeersel, zonder enig doel. Jurgen wilde achterhalen hoe je zoiets zelf kon kon maken en na het bekijken van een paar Youtube filmpjes en wat klooien met Photoshop was hij in zijn opzet geslaagd. Hij zette zijn creaties vervolgens te koop op Opensea.io voor een paar euro per stuk, maar daarmee was de kous af. “Ik had weer iets bijgeleerd, klaar”, aldus Jurgen.

De betalingstermijnen van de overheid en van bedrijven aan andere bedrijven zijn sinds 1 februari dit jaar strakker omlijnd. Zo bepaalde de wetgever dat de betalingstermijn van ondernemingen niet langer dan zestig dagen mag zijn. De maatregel moet ondernemingen beschermen tegen grote spelers.

Vanaf het tweede kwartaal van 2021 wordt systematisch meer dan 70 procent van de facturen die onze Belgische bedrijven aan andere bedrijven of aan de overheid overmaken binnen de afgesproken termijnen betaald, stelt Eric Van den Broele van Graydon. Dat is voor het eerst sinds het kantoor metingen uitvoert. “Toch werden eind 2021 nog steeds één op de tien facturen minstens negentig dagen na vervaldatum en in sommige gevallen helemaal niet gehonoreerd”, zegt hij.

Slechte betalers

“In het betaalgedrag van onze overheden zijn er echter grote verschillen”, vult Danny Van Assche aan, gedelegeerd bestuurder van Unizo, aan. Hij wijst erop dat de federale overheid na een aantal zwakke jaren met veel schommelingen terug op een hoger, gelijkmatig niveau zit. Eind 2021 werd 74 procent van de toegestuurde facturen binnen de afgesproken termijn betaald.

De Duitstalige en Waalse Gemeenschap betalen nagenoeg perfect. De Brusselse ministeries (6,31 op 10) en de Vlaamse Gemeenschap (5,28 op 10) zijn slechte betalers. Ook bij de lokale besturen is nog werk aan de winkel, zo blijkt. Vooral de Vlaamse centrumsteden Brugge, Oostende en Mechelen scoren erg zwak.

“De hoge energie- en grondstofprijzen leggen samen met de hoge loonkost druk op de ondernemers”, besluit Van Assche. “Tijdens de coronacrisis hebben de overheden extra inspanningen gedaan om hun facturen tijdig te betalen en hebben ze bewezen dat het kan. Onder de huidige omstandigheden vragen we om hier aandacht aan te blijven schenken. De kmo’s hebben meer dan ooit nood aan vlotte betalingen.”

Tegelijk economisch én ecologisch denken, dat is de uitdaging van vandaag. “En dat hebben we bij A&B goed begrepen”, stelt Vanstipelen. “De vergroening van ons wagenpark is maar één voorbeeld van de toepassing in de praktijk. De keuze om onze dieselwagens in te ruilen voor gloednieuwe plug-in hybrides is heel bewust. We dragen graag ons steentje bij.”

Als accountant weet A&B ook dat milieuvriendelijke, elektrische wagens een groot fiscaal én praktisch voordeel opleveren. “Wat we aan onze klanten adviseren, passen we uiteraard ook zelf toe”, luidt de slotsom.

In maart werd ook “EnergyDrive” boven de doopvont gehouden. EnergyDrive is een 100% dochteronderneming van EnergyVision, opgericht met 10 miljoen EUR eigen vermogen, en investeert in de uitbouw van laadpalen en laadpassen. “We contracteerden na ons laadplein in Brussel intussen ook drie laadpleinen in Vlaanderen, ondermeer in Gent en Antwerpen. Dit voorjaar start ook de bouw van de eerste van 500 laadpunten op de openbare weg in het Brussels Gewest.”

Om alles in goede banen te leiden, start vanaf deze week Jochen De Smet bij EnergyVision. Jochen is voorzitter van EV Belgium, de sectorfederatie voor zero emissie mobiliteit in België.

Groeien in een perfecte storm

Het voorbije jaar zat de sector letterlijk in zwaar weer. De markt stuikte in mekaar (-65 tot -80% in Vlaanderen en Brussel). Ondanks moeilijke omstandigheden, bleef EnergyVision méér dan overeind. Hun groepsomzet steeg met bijna 17%. Ze bouwden meer projecten dan ooit én lanceerden hun eerste laadplein dat draait op lokale, groene energie.

Op 1 februari 2022 startte de pre-sale van TAITO via Indiegogo, een crowdfunding-platform gericht op ondernemers die nieuwe technologieën lanceren. De drie twintigers stelden hun doel op €20.000 en bereikten binnen het uur dit beoogde bedrag. TAITO steunen kon door middel van een vrije bijdrage of door alvast één van hun producten te kopen. In de eerste 24 uur van de pre-sale werden er zo al 18 TAITO-steps verkocht. Op het einde van de campagne werden in totaal 42 steps verkocht.

“Een groot succes”, aldus Jules Dobbelaere, “We zijn zeer verheugd dat we het bedrag zo snel wisten te behalen. We zijn natuurlijk erg dankbaar voor alle steun die we hebben ontvangen. Dit bevestigt voor ons enkel nog meer dat veiligere e-steps sterk gegeerd zijn vanuit de Belgische markt. Mensen zijn op zoek naar een veiliger alternatief en wij kunnen hen dat bieden.”

Drie twintigers lanceren veiligere e-step

De e-step-ervaring moet veiliger en aangenamer kunnen, dat is wat Jules Dobbelaere (29), Nathan De Baets (27) en François Desmet (25) op het oog hadden. Zo onstond TAITO. De TAITO beschikt over 3 grotere wielen en een ‘nieuw, scharnierend veersysteem, nooit eerder gezien op een driewielige e-scooter.’ waardoor gebruikers makkelijker hun stabiliteit kunnen behouden tijdens het rijden. Voor een stabielere rij-ervaring, beschikt de TAITO ook over opblaasbare wielen.

Daarnaast zorgen ingebouwde verlichting die sterker schijnt wanneer er geremd wordt, pinkers op zowel het stuur als het achterlicht, evenals een belangrijke achterverlichting voor de rijder, en een toeter voor een veiligere verplaatsing. Al deze kenmerken zorgen ervoor dat de TAITO de veiligste e-scooter op de baan is.

“Het is onze belangrijkste missie om te zorgen dat gebruikers zich veilig voelen wanneer ze gebruik maken van een e-step”, legt Jules Dobbelaere uit. “TAITO e-steps tillen de rijervaring naar een hoger niveau, doordat gebruikers zich veel zekerder voelen tijdens hun rit. De optimale schokdemping dankzij de drie grotere, pneumatische banden en de gepatenteerde vering spelen hierbij een grote rol. Het is jammer dat gebruikers een e-step momenteel vaak associëren met een onstabiele en gevaarlijke rijervaring, dus hier willen we met TAITO graag verandering in brengen.”

Easy-to-repair-product

Verder weten TAITO e-steps zich van andere e-steps te onderscheiden doordat elk onderdeel herstelbaar of vervangbaar is in een easy-to-repair product via modulaire componenten. Dit in tegenstelling tot veel andere e-steps waarbij de onderdelen vaak moeilijk of zelfs niet te vervangen zijn, waardoor die steps een minder duurzame oplossing zijn. Wie daarentegen investeert in een TAITO e-step, investeert in een aankoop waar met een veel langere levensduur.

“Anno 2022 vinden we het zonde dat het huidige aanbod van e-steps er niet in slaagt om een duurzame oplossing aan te reiken bij eventuele defecten”, vindt Jules Dobbelaere. “TAITO e-steps zijn ontwikkeld met het oog op een lange levensduur. Alle onderdelen kunnen losgeschroefd worden, zodat deze gemakkelijk hersteld of vervangen kunnen worden indien nodig. Angst voor regen of plassen wordt ook overbodig, doordat onze e-steps bestand zijn tegen alle weersomstandigheden. Belgium-proof dus, met roestbestendige onderstellen en op druk geteste verzegeling, die de batterijbehuizing beschermt en ervoor zorgt dat er geen water in de holte kan binnendringen.”

Bedrijven meer financiële slagkracht geven aan de hand van praktische tips: dat beoogt Ilse Dieltjens met haar online summit. “Als ondernemer moet je van veel markten thuis zijn”, zegt ze. “Misschien ben je een goede verkoper, maar heb je geen kaas gegeten van boekhouden. Of je bent een vakman, maar durft niet de juiste prijs te vragen. Als financieel expert zie ik vaak ondernemers worstelen met hun financiën. De tijd waarin we leven maakt het niet makkelijker.”

De West-Vlaamse serial entrepreneur deed die uitspraak over zijn voetbalbelegging recent in de krant De Tijd.

Sinds 1959 legt Coelembier zich toe op de totaalinrichting van zowel commerciële als residentiële bouwprojecten. Naast het produceren en plaatsen van maatmeubilair coördineert Coelembier het volledig bouwproces vanaf de afbraak (renovatie) of casco (nieuw) tot de eindafwerking van het project. Bij Coelembier werken een dertigtal medewerkers waaronder 20 gepassioneerde schrijnwerkers en plaatsers. De kmo staat bekend voor zijn uitzonderlijk vakmanschap, hoogwaardige afwerking en oog voor detail. Jan Ide was er aandeelhouder sinds 2014.

Blijven groeien

De groep Coelembier realiseerde de afgelopen jaren een stabiele jaarlijkse omzet van ongeveer 8 miljoen euro en een bruto bedrijfswinst van 850.000 euro. Het laatste boekjaar dat eindigde op 31 maart 2022 was een moeilijk jaar wegens de fors duurdere grondstoffen en materialen. Sommige projecten hebben een lange doorlooptijd en de kosteninflatie kon dan ook niet onmiddellijk worden doorgerekend. “Wij hebben de ambitie om fors te groeien (verdubbelen in omzet) door organische groei, productdiversificatie en door overnames”, zegt Dejonghe.

De huidige zaakvoerder, Anthony Tombeur, blijft aan boord als zaakvoerder en investeert ook mee in de topholding Holdco. Ook Amaury Vanparys blijft de zaken mee aansturen.

foto: Anthony Tombeur en Amaury Vanparys

Het managementteam wordt ook versterkt.

​De Vlaamse Regering kende de voorbije dagen 2 miljoen euro strategische transformatiesteun toe aan VDL Bus Roeselare, ontwikkelaar en producent van bussen voor het openbaar vervoer. Het project behelst het valoriseren van een volledig nieuw platform voor de productie van elektrisch aangedreven bussen. De eerste steenlegging van de nieuwe fabriek vond plaats in februari jongstleden.

De voornaamste doelstelling is het op een zo kostenefficiënt mogelijke manier produceren van een hoogtechnologische elektrische bus waartoe een nieuw concept werd ontwikkeld voor zowel het ontwerp van de bus als het productieproces. Om de transformatie te realiseren worden alle activiteiten geherlokaliseerd worden van het centrum van Roeselare (Beveren) naar een volledig nieuwe fabriek in een nabijgelegen industriezone.

Opleiding en vorming

Bij VDL in Roeselare werken zo’n 650 mensen. In de nieuwe energieneutrale fabriek maakt VDL gebruik van een volledig herziene productiemethode met kortere assemblagelijnen en kortere productietijden. Daardoor is de busproductie van de nieuwe fabriek met 800 bussen per jaar twee keer zo hoog als de productie op de huidige locatie.

Volgens CEO Peter Wouters zal het budget van de Vlaamse regering daarom zo goed als integraal gebruikt worden voor het opleiden van de medewerkers, nu ze in een totaal nieuw productieproces stappen. “Voor heel wat medewerkers betekent dit concreet dat ze ook andere taken krijgen en dat veronderstelt een goede professionele begeleiding en vorming”, aldus CEO Peter Wouters.

Het Nederlandse VDL investeert 44 miljoen euro in een nieuwe bussenfabriek in Roeselare. Over een jaar moeten de eerste e-bussen van de band rollen.

Op een terrein van 8 hectare in Roeselare verrijst het komende jaar een nieuwe stadsbussenfabriek van de Nederlandse industriële groep VDL. In de vestiging van 44 miljoen euro zullen voornamelijk e-bussen gemaakt worden. Het bedrijf haalde in december nog een deel van een order voor e-bussen van De Lijn binnen.

De nieuwe fabriek vervangt de oerfabriek van het in 1998 door VDL overgenomen Jonckheere in hetcentrum van de Roeselaarse deel-gemeente Beveren. Die fabriek is tot op de draad versleten en wordt nu herontwikkeld door de stad Roeselare.

‘De hoogwaardige maakindustrie heeft wel degelijk een toekomst in West-Europa’, zegt Willem van der Leegte, de CEO van VDL Group. Zijn familieconcern heeft naast de bussenfabriek in Roeselare nog zes andere vestigingen in Vlaanderen. Die tellen in totaal meer dan 1.000 werk-nemers, van wie 650 bij de bussenfabriek in Roeselare.

In de nieuwe energieneutrale fabriek maakt VDL gebruik van een volledig herziene productiemethode met kortere assemblagelijnen en kortere productietijden. Daardoor is de busproductie van de nieuwe fabriek met 800 bussen per jaar twee keer zo hoog als de productie op de huidige locatie.

De komst van de nieuwe fabriek werd al vier jaar geleden aangekondigd. Maar door de coronacrisis werd de start van de bouw telkens uitgesteld. Uiteindelijk startte de bouw begin januari. Begin volgend jaar moeten de bouw en de verhuizing compleet zijn en is het de bedoeling dat de eerste bussen van een nieuwe generatie van de elektrische stadsbus VDL Citea van de band rollen.

Omdat niet elke dag zo’n investering in de Vlaamse maakindustrie plaatsvindt, is ook Vlaams minister van Economie, Werkgelegenheid en Innovatie Hilde Crevits (CD&V) ‘ontzettend gelukkig’ met de bouw van de nieuwe VDL-fabriek. ‘Die sluit perfect aan bij de prioriteiten van de Vlaamse regering om te investeren in duurzame innovatie, onderzoek en ontwikkeling in de maakindustrie om de knowhow en expertise die er in Vlaanderen is te versterken en hier te houden’, zegt ze.

Concrete toezeggingen over Vlaamse subsidies kon Crevits nog niet doen, maar het is duidelijk dat VDL al een dossier voor de aanvraag van opleidings- en innovatiesteun heeft ingediend bij de Vlaamse overheid.

VDL bestempelde de fabriek in Roeselare al enkele jaren geleden als een kenniscentrum voor elektrificatie. Sinds geïnvesteerd werd in de ontwikkeling en de productie van elektrische en hybride bussen zit het orderboek tjokvol en is er opnieuw winst. Omdat de Roeselaarse fabriek het zo druk heeft, werd een order voor meer dan 100 elektrische bussen begin vorig jaar toegewezen aan de fabriek in Valkenswaard. De essentie Het Nederlandse indus-triële familiebedrijf VDL bouwt voor 44 miljoen euro een nieuwe stadsbussen-fabriek in Roeselare.

Daarmee moet het voor-malige Jonckheere helemaal klaar zijn voor deomslag van dieselbussen naar e-bussen.

De oude fabriek van VDL in Roeselare wordt door de stad herontwikkeld.

Bij VDL in Roeselare werken 650 mensen.